De kruishoofdpen steekt ook aan de rechterzijde buiten de leibanen uit. Hier beweegt hij, via een dun gebogen ijzerstaafje, de smeerautomaat. Het smeertoestel is opgesteld achter boven de schuifkast. Je ziet het vlak achter de VS-klepkast. Het is een vrij antiek aandoend open apparaat. De oliepomp wordt bewogen via een pal/palwielmechanisme, door de lange, hier bijna verticaal staande hefboom. Het oliedebiet is te veranderen door het verschuiven van een mofje over de hefboom. Hoe lager dit staat, hoe meer olie. De zaak staat hier op z'n zuinigst afgesteld, helemaal bovenin, voor minimale olie-opbrengst.
Er staat een verzinkt stalen tuitkan (met greep) vol olie vooraan boven op de cylinder. Die plaats is niet toevallig. De olie wordt hier door de warmte van de cilinder dun en makkelijk vloeibaar gehouden, zodat het smeren en het vullen van de smeerpotten makkelijk gaat. Er staat trouwens, wat verder naar achter, ook nog een blikken emmertje met draadhengsel op de top van de cilinder. Dit bevat waarschijnlijk afvalolie uit de hoofdlagers, die verwarmd wordt om ze vervolgens in een oliebak (met opvolgende zeven van toenemende fijnte) te reinigen van metaaldeeltjes. De oliebak is op de foto niet te zien. Ik denk dat deze tegen de linkerwand van de machinekamer staat, dus buiten de foto.
Het hekwerkje rond de kruk en de drijfstang is van eigen makelij, uit gas- of waterbuis, in knietjes en T-tjes gesoldeerd. Je ziet dat ook wel aan de bevestiging van beide hekpoten aan de bedplaat, elk met een strip onder de funderingsbout. Geen zichzelf respecterende machinefabriek zou zo'n bevestiging gebruiken; maar voor een machinist die zelf iets moest knutselen, was dit de meest voor de hand liggende oplossing.